Het was een warme avond en de zon stond laag
Ik was op zoek naar een terras
Opeens zag ik jou zitten, m'n hart ging sneller slaan
Ik nam een stoel heel dicht bij jou

Wie ben jij?
Het is alsof ik jou al jaren ken
Ik voel dat jij voor mij de ware bent 
Toe zeg me hoe je heet
Wie ben jij?
Dit is geluk, dat kan niet anders zijn
Ben ik een dromer, nou dan is dat fijn
Ik hoop dat jij hier blijft

Wie ben jij? (wie ben jij, zeg me wie ben jij?) 
Hé (jij, wie ben jij?) 
Hé (zeg me wie ben jij?)

Ik gaf je iets te drinken en je zei geen nee
Je lachte zelfs een keer naar mij
Op een viltje schreef ik blijf hier aan mijn zij
Ik voel je hand zacht op m'n dij

Wie ben jij?
Het is alsof ik jou al jaren ken
Ik voel dat jij voor mij de ware bent
Toe zeg me hoe je heet
Wie ben jij?
Dit is geluk, dat kan niet anders zijn
Ben ik een dromer, nou dan is dat fijn
Ik hoop dat jij hier blijft

Wie ben jij? (wie ben jij, zeg me wie ben jij?) 
Hé (jij, wie ben jij?) 
Hé (zeg me wie ben jij?)
Hé (hé, wie ben jij?)

Oh, wie ben jij?
Het is alsof ik jou al jaren ken
Ik voel dat jij voor mij de ware bent
Toe zeg me hoe je heet
Wie ben jij?
Dit is geluk dat kan niet anders zijn
Ben ik een dromer, nou dan is dat fijn
Ik hoop dat jij hier blijft

Wie ben jij? (wie ben jij, zeg me wie ben jij?) 
Wie ben jij? (jij, wie ben jij, zeg me wie ben jij?) 
Ja jij? (jij, wie ben jij, zeg me wie ben jij?)