Ik heb geen rust meer in me lijf,
ik wil naar China toe.
Koop daar Mao z'n buitenverblijf
en weet je wat ik daarmee doe?

Ik richt 't in als hotelbedrijf
met een Hollands restaurant.
O, we zijn nog zo verschrikkelijk veel van plan.
Planneplanneplanplan,
planneplanneplanplan,
planneplanneplanplanplan!

Ik wil een Duitse herder
en ik een Frans kasteel.
Wij willen alsmaar verder.
Ja, we willen nog,
ja, we willen nog,
we willen nog zoveel!

Ik neem een ouwe dekenkist,
die bouw ik helemaal om.
Daar ga ik in zitten als toerist,
dan zie ik wel waar ik kom.

Een jas van een verlopen pianist
en een muts van Astrakan.
O, we zijn nog zo verschrikkelijk veel van plan.
Planneplanneplanplan,
planneplanneplanplan,
planneplanneplanplanplan!

Ik wil naar Soerabaja,
ik naar het Haringvliet.
Ik pak de Himalaya.
Ja, wat willen wij,
ja, wat willen wij,
wat willen we eigenlijk niet!

Ik wil een leven in grote stijl.
Ik koop een gemeentepont,
zet daar een mast op, hijs het zeil
en vaar d'r mee de wereld rond.

Ik drijf op de wind en ik schrijf onderwijl
m'n tragische levensroman.
O, we zijn nog zo verschrikkelijk veel van plan.
Planneplanneplanplan,
planneplanneplanplan,
planneplanneplanplanplan!