Zwart is de nacht,
zwart is de auto
die rijdt door de nacht.
Zwart zijn jouw ogen;
je lacht.
Rood is je kleed,
rood de signalen
waardoor ik reed.
Start nu, mijn minne,
roodzwart.

Zwart is de nacht,
zwart is de auto
die rijdt door de nacht.
Zwart zijn je haren
die ruisen zo zacht.
’t Meideken lacht.
Zwart is de toekomst
die ver op ons wacht.

Zwart is de nacht,
zwart is de auto
die rijdt door de nacht.
Zwart zijn jouw ogen;
je lacht.
Rood is je kleed,
rood de signalen
waardoor ik reed.
Start nu, mijn minne,
roodzwart.

Rood is haar kleed,
rood zijn de zetels
waarin zij gleed.
Rood zijn de lippen
die kussen zo zacht.
Meideken lacht.
Rood zijn de lichten
aan ’t kruispunt vannacht.

Zwart is de nacht,
zwart is de auto
die rijdt door de nacht.
Zwart zijn jouw ogen;
je lacht.
Rood is je kleed,
rood de signalen
waardoor ik reed.
Start nu, mijn minne,
roodzwart.

‘k Hoorde een chanson;
een meid keek naar mij
en ik zeg: “Pardon.”
‘k Las een roman
en die man was niet trouw.
‘k Zag een film, en de vrouw
hield niet erg veel
van de echtelijke trouw.

Zwart is de nacht,
zwart is de auto
die rijdt door de nacht.
Zwart zijn jouw ogen;
je lacht.
Rood is je kleed,
rood de signalen
waardoor ik reed.
Start nu, mijn minne,
roodzwart.

Een makker van mij
preekt iedere week
van een andere zij.
Het leven is kort
als een huwelijksreis.
Wie geraakt er uit wijs?
Wat is de zin
van dit aards paradijs?

Zwart is de nacht,
zwart is de auto
die rijdt door de nacht.
Zwart zijn jouw ogen;
je lacht.
Rood is je kleed,
rood de signalen
waardoor ik reed.
Start nu, mijn minne,
roodzwart.

Meideken rood,
thans is onze liefde
nog heerlijk groot.
Maar hier op aarde
is alles zo broos.
‘k Vraag u pardon
voor dit aardse chanson.

Zwart is de nacht,
zwart is de auto
die rijdt door de nacht.
Zwart zijn jouw ogen;
je lacht.
Rood is je kleed,
rood de signalen
waardoor ik reed.
Start nu, mijn minne,
roodzwart.

Ik ben naïef,
jij blijft altijd
mijn zoete lief.
Meideken rood,
mijn meideken klein,
kindeken fijn:
nooit wil ik
als een volwassen zijn.

Zwart is de nacht,
zwart is de auto
die rijdt door de nacht.
Zwart zijn jouw ogen;
je lacht.
Rood is je kleed,
rood de signalen
waardoor ik reed.
Start nu, mijn minne,
roodzwart.