Auto’s razen door de stad
Alles beweegt
Neonlichten flitsen in de regen
Mensen lopen snel voorbij
Straten liggen nat

Ach kwam ik maar eens iemand tegen
Met een glimlach op z’n lippen
Met een liedje in z’n hart
Met een handvol zachte woorden 
In deze kille stad

‘k Weet niet meer waarheen
Ik voel me zo alleen
Ik zou een liedje willen maken
Al was het nog zo klein
Om al die mensen aan te raken
Blij te zijn

Maar voor wie, voor wat en hoe
Ik voel mezelf zo moe
Ik heb geen kracht om zelf ‘ns blij te zijn
Ja, ik loop zo maar mee 
Ik vecht al lang niet meer
De stroom van mensen drijft me met zich mee

Wie ben jij, mijn Heer, mijn God
‘k Noem je bij je naam
Ik wou dat jij hier bij me was
Dan sprak ik jou eens aan

Ik wou zo graag eens weten
Als jij echt liefde bent
Ben je mij vergeten
Heb je mij wel ooit gekend

Maar als jij dan echt God bent
Als jij dan echt bestaat
Dan snap ik niet mijn God
Waarom jij me los laat

’t Gebeuren rondom jou mijn God
Kwam ik jou maar eens tegen
Ik zou je dan meenemen
De hele wereld rond
Ik zou je dan eens tonen

Iedereen is altijd weer 
Op weg, ergens naar toe
Nooit eens tijd om bij elkaar
Te schuilen

Eén voor één gaan lichten uit
Straten liggen leeg
De pleinen, zo verlaten
Ik zou een liedje willen maken
Al was het nog zo klein
Om daar door blij te zijn