Misschien zeg je nou:
‘Het is allemaal loos alarm,
het is allemaal reuze flauw.
Dat gesus van jou
maakt me koud nog warm.’
Misschien zeg je: ‘Kom,
het was enkel een brom
in de dikke darm.’

Maar je kunt me nog meer vertellen,
we slikken je praatjes niet,
we kunnen het zonder je stellen,
we zitten hier mooi voor ons verdriet.

Bertram Bierenbroodspot,
waar breng jij ons heen?
Bertram Bierenbroodspot,
kun je het niet alleen?
Bertram Bierenbroodspot,
weet je geen ander avontuur?
Want dit avontuur bevalt me niet,
het heeft doodgewoon het gehalte niet.
Bertram Bierenbroodspot,
goede raad is duur.

Bertram Bierenbroodspot,
waar breng jij ons heen?
Bertram Bierenbroodspot,
kun je het niet alleen?
Bertram Bierenbroodspot,
wist je geen veilig klein hotel?
Is er niet iets hier in de buurt
waar je kinderen heen op vakantie stuurt.
Bertram Bierenbroodspot,
wel?

Misschien zeg je nou:
‘Het is allemaal zo voorbij,
het laat je misschien wel lauw.
Dat gesus van jou
maakt me heus niet blij.’
Misschien zeg je: ‘Kom,
dit was enkel de brom
van een grote bij.’

Maar je kunt me nog meer vertellen,
de maat is nou mooi vol.
We kunnen het zonder je stellen,
we zitten hier niet voor onze lol.

Bertram Bierenbroodspot,
waar breng jij ons heen?
Bertram Bierenbroodspot,
kun je het niet alleen?
Bertram Bierenbroodspot,
is het niet kinderbedtijd ook?
We weten al lang hoe laat het is:
als we niet meegaan, gaat het mis.
Bertram Bierenbroodspot.
‘Jullie zijn wat van de kook,
dat is het.’

Bertram Bierenbroodspot,
waar breng jij ons heen? ‘Geen idee.’
Bertram Bierenbroodspot,
kun je het niet alleen? ‘Ik denk er niet aan.’
Bertram Bierenbroodspot,
ik denk dat ik terug naar Hamelen ga.
‘Je zorgen zijn zo groot nog niet,
zolang je een Bierenbroodspot ziet.’

Bertram Bierenbroodspot!