Met m’n poppen en m’n dieren vaar ik in m’n rode bedboot door ‘t bloemetjesbehang 
Langs betoverde rivieren danst m’n bootje door de pretsloot, van de keuken naar de gang 
En de vissen in ‘t water blazen bellen van plezier 
En de hond speelt met de kater onder een hoedje van papier 
Een, twee, drie, vier, hoedje van papier 

In de bedboot, in de bedboot 
In de bedboot van plezier 

Op de trap zit Berend Botje, en die roept: “Straks ga ik varen en dat doe je me niet na 
Want ik bouw m’n eigen vlotje, en dan vaar ik op de baren lekker naar Amerika” 
Maar dan zegt mooi Ietje Fietje 
“Berend Botje, doe niet dom, want dan wordt ‘t end van ‘t liedje 
Nooit kwam Berend Botje weerom” 
Maar als je mee wilt, kom dan hier 

In de bedboot, in de bedboot 
In de bedboot van plezier 

Door ‘t raam gaan we naar buiten waar Klaas Vaak al staat te wachten in z’n jas van rode zij 
En we lachen en we fluiten, want nu zijn we met z’n achten en er kan nog best wat bij 
Twee konijnen in een hokkie, zeven kikkertjes uit de sloot 
En ‘t apie op z’n stokkie, nemen we allemaal in de boot 
Schuitje varen, theetje drinken, naar de Scheveningse pier 

In de bedboot, in de bedboot 
In de bedboot van plezier 

Joepie Joepie is gekomen, en die brengt ons zomaar even samen naar Luilekkerland 
Laat je beste pak maar stomen want we gaan nog veel beleven, morgen staan we in de krant 
Met een levensgrote foto, onze zakken vol kandij 
In een chocolade auto op de berg van rijstebrij 
Iene Miene Mutte, tien pond grutte, tien pond kaas 
Iene miene Mutte is de baas 

In de bedboot, in de bedboot 
Daar is altijd feest en het kost je geen zier 
In de bedboot, in de bedboot 
In de bedboot van plezier