Bob van Veen
Bob van Veen - Het seizoen van ons lyrics
Your rating:
Duisternis die bang maakt Dwingend in haar begrip Meters hoge golven Brekend op een klip Dromen dat ik vast zit Op een zinkend schip Dan ben jij de deur Die opengaat ‘k Voel de warme zon En weer kleur op mijn gelaat Langzaam word ik wakker En jij komt dichterbij Zijdezachte haren Vallen over mij ‘k Voel je vlugge handen Plagend in m’n zij Je mond is als een bloem Die open staat Wachtend op de dagen Die de liefde ons toch laat Zonder de seizoenen staat het leven stil Zonder februari wordt het nooit april ‘s Zomers klagen boeren altijd steen en been ’s Winters zijn de vissers door hun netten heen Maanden kan het duren voor ik jou zal zien Wordt het weer de lente, of de herfst misschien Dagen zal ik tellen als de winter valt Bij de telefoon als de champagne knalt Leg mij erbij neer dat jij maar een keer komt Dat seizoen van ons waarin de tijd verstond Wat de mensen zeggen, het laat me koud Ik aanvaard m’n lot, als jij maar van me houdt Je geeft me extra warmte Als mijn hart ooit bevriest Maar uit de angst dat ooit Een van ons verliest Ben je net als ik Een beetje triest Je mond is als een bloem Die opengaat Zoekend naar de ruimte Die de liefde ons nog laat Zonder de seizoenen staat het leven stil Zonder februari wordt het nooit april ‘s Zomers klagen boeren altijd steen en been ’s Winters zijn de vissers door hun netten heen Maanden kan het duren voor ik jou zal zien Wordt het weer de lente, of de herfst misschien Dagen zal ik tellen als de winter valt Bij de telefoon als de champagne knalt Leg mij erbij neer dat jij maar een keer komt Dat seizoen van ons waarin de tijd bestond Wat de mensen zeggen, het laat me koud Ik aanvaard m’n lot, als jij maar van me houdt Dagen zal ik tellen als de winter valt Bij de telefoon als de champagne knalt Leg mij erbij neer dat jij maar een keer komt Dat seizoen van ons waarin de tijd verstond Wat de mensen zeggen, het laat me koud Ik aanvaard m’n lot, als jij maar van me houdt (Zonder de seizoenen staat het leven stil) (Zonder februari wordt het nooit april) (‘s Zomers klagen boeren altijd steen en been) (‘s Winters zijn de vissers door hun netten heen) (Maanden kan het duren voor ik jou zal zien) (Wordt het weer de lente, of de herfst misschien)