[Verse 1]
Het was zo'n ouderwetse zomer,
Lekker bakken op het strand,
Ik kwam net uit het water,
En liep door het warme zand.

[Verse 2]
In z'n ééntje in de schaduw,
Zat een jongen met een gitaar,
Een kralenketting om z'n hals,
En bandana in z'n haar, hij zong: 

[Chorus]
Shalalalalaalala,
Shalalalalaalala,
Shalalalalaala, shalalaalalaala, 
Shalalalalaalala.

[Verse 3]
Er kwamen mensen van alle kanten,
Uit de tuinen, uit de zee,
Ze klapten en ze dansten,
En iedereen zong mee:


[Chorus]
Shalalalalaalala, (yup),
Shalalalalaalala, (hup),
Shalalalalaala, shalalaalalaala, 
Shalalalalaalala (iedereen),
Shalalalalaalala,
Shalalalalaalala, (woh),
Shalalalalaala, shalalaalalaala, 
Shalalalalaalala.

[Bridge]
Ik ben dat liedje nooit vergeten,
Het maakte mij zo blij,
Het had geen woorden nodig,
Om te zeggen we zijn vrij, ooh.

[Chorus]
Shalalalalaalala,
Shalalalalaalala,
Shalalalalaala, shalalaalalaala, 
Shalalalalaalala.

[Instrumental]


[Verse 4]
Ik kom nog wel eens op het strand,
En dan denk ik elke keer,
Je ziet hier nog veel mensen,
Maar die gitaar al lang niet meer.

[Verse 5]
En ik moet je eerlijk zeggen,
Dat ik dat wel jammer vind,
En dat ik uitkijk naar een zomer,
Waarin iedereen nog eens zingt:

[Chorus]
Shalalalalaalala, (yeah),
Shalalalalaalala, (wup),
Shalalalalaala, shalalaalalaala, 
Shalalalalaalala. (komaan!).
Shalalalalaalala, (shalalalalaala),
Shalalalalaalala, (shalalalalaala),
Shalalalalaala, shalalaalalaala, 
Shalalalalaalala.

[Outro]
Shalalalalaala  shalalalalaala, 
Shalalalalaalala,  
Shalalalalaala  shalalalalaala, 
Shalalalalaalaalaaaa,