Vlaamse volksliederen
Vlaamse volksliederen - Kinderen van de fabriek lyrics
Your rating:
Kinderen van de fabriek Ziet gij die arme kleinen , van in de lentetijd Hun levenskracht verkwijnen door slaafse arbeid ? Zo jong en reeds ontstolen , ontrukt aan moeders schoot Wordt de fabriek hun schole , hun loopbaan tot de dood ? Wordt de fabriek hun schole , hun loopbaan tot de dood ? Aanschouw hen , dor en moede , met mat en bleek gezicht d'Ellende en d'arremoede heeft hen reeds afgericht Om altoos tot den tienen , voor elke luiaardsgril Te kruipen en te dienen , te buigen voor hun wil Te kruipen en te dienen , te buigen voor hun wil Waarom o fabrikanten , die goud met hopen wint En gij representanten , die wetten heeft en spint Laat gij die jonge telgen bij stroom en mekaniek Naar lijf en geest verdelgen , verbeesten in t'fabriek ? Naar lijf en geest verdelgen , verbeesten in t'fabriek ? En gij die van de morgen , en altoos onverpoosd Moet wroeten , zwoegen , zorgen , wanneer zult gij uw kroost O werkers eens ontrukken aan d'helse tirranij Van hen die u verdrukken , en maakt g'uw kinders vrij Van hen die u verdrukken , en maakt g'uw kinders vrij Waarom die jonge slaven zo zwoegen om wat brood t'Is om uw pracht te staven , die meer en meer vergroot Niets stelt uw woekerpalen , de vrouw , het schuldloos kind Moet ook zijn tol betalen , hun zweet dat gij verslindt Moet ook zijn tol betalen , hun zweet dat gij verslindt _______________________________________