Vlaamse volksliederen
Vlaamse volksliederen - Het duivensport lyrics
Your rating:
Het duivensport Ach wat is het in den zomer toch zo plezant Als ge de mannen ziet gaan al met hun duivenmand Velen lopen dan zaterdags avonds met hun pré Om te poulen op de duiven in de staminée Men hoort ze daar disputeren Over den duiver of duivin En ook menig glaasje verteren Maar daar zitten ze niets mee in Refrein Van zondags's morgens vroeg tot in den achternoen Zijn ze aan t'loeren op hun kot met fatsoen Opeens roept Jan tot zijn Marjan Daar is de blauwe van de Stan En dan opeens krijgt hij in t'zicht ja zijn duivin Het is zijn witpen en zij vliegt den kijker in En dan Marjan zo snel zij kan Liep nog binnen voor de Stan Ja verleden zondag moest ik lachen , t'was een spel Al de duiven kwamen aan gelijk bijeen zo snel Maar opeens hoorde men roepen schele Frans zijn Fien Hebt ge uwe geschelpte duivin daar niet gezien Zwijgt gij zottin , laat mij met vrede Moeit u meer met den hutsepot g'Hebt ze weer te veel laten eten Daarmede komt zij niet in t'kot Refrein s'Middags als de vrouw roept : Sus het eten is klaar Zie dan vliegt die man van woede bijna in heur haar Zij roept en hij tiert dan nog erger dan een hond Omdat zijn rode van Quievrain nog niet komt Zijn vrouw zegt : t'Is al afgelopen Blijf toch niet langer op uw kot Hij kwam dan beneden gelopen En sloeg den blok op haren kop Refrein ___________________________________