Ik dacht het wordt tijd
da’k mijn wijsheid verspreid
voor ‘t algemeen profijt van de jonkheid
Want die weten van niks
de boys en de chicks
zonder mij zijn z’hunne weg kwijt
Ik kwijt mij met vlijt
van mijn taak en mijn strijd
voor ’t algemeen profijt van de jonkheid
Dat eet niks dan fishsticks
roze chieken en Twix
en da’s geen volwaardige maaltijd

Meneer Urbanus mijne maaltijd is niet volwaardig
Maar hoe is dat nu mogelijk, ik kom het juist te zeggen
Zeg, da’s niet gezond he jongen
Voelt gij u wel goed in uw vel?
Ja, maar ik heb zo precies een velleke los aan mijne vinger
Een velleke los!?
Oeioeioei!
Hoe durft gij nog op straat komen?
Besmettelijken!
Gij moogt u zeker niet meer voortplanten
en uw ouders moeten al uw kindergeld teruggeven
En kunt ge daar dan nog iets aan doen?

Ja we kunnen er met z’n allen iets aan doen
We maken de wereld zo mooi als toen
nonkel God hem heeft geschapen
Nog honderd keren slapen
en het gras lacht weer overal groen

Ik verspil mijnen tijd
achteruit met de geit
en dat algemeen profijt van de jonkheid
Ze verslijten hun stiksels
verbruiken veel pixels
’t Is alsof dat g’uw geld door het raam smijt
Ik heb wijd en zijd
kilo’s kennis verspreid
voor ’t algemeen profijt van de jonkheid
Maar ze weten nu nog nikser
zo zot als een mixer
hunne kop zit al vol met verliefdheid

Meneer Urbanus, ik denk da’k verliefd ben
Op mij?
Nee gij zijt te lelijk
Ha bon!
Zeg, en als ge verliefd zijt, hebt gij dan zo een warm gevoel van binnen?
Ja.
Hahaa, hé mannen hier zit die trut die de aarde aan ‘t opwarmen is!
Zijde gij niet beschaamd? CO2 prostituee!
Door uw schuld hé
kan straks de paus op ’t Sint Pietersplein staan wuiven in zijne string!
En kunt ge daar dan nog iets aan doen?

Ja we kunnen er met z’n allen iets aan doen
We maken de wereld zo mooi als toen
nonkel God hem heeft geschapen
Nog honderd keren slapen
en het gras lacht weer overal groen