Toon Hermans
Toon Hermans - Het oude variété lyrics
Your rating:
Waar zijn de witte duiven heengevlogen? De witte duiven van madame Rosée Die in versleten goudlamé Met jonggeschminkte ogen De duiven dirigeerde in Carré Waar zijn de helden van de lucht? Zijn ze de hemel in gevlucht Vanaf die hoge piëdestal? Of zijn ze in hun wit maillot Met zo veel anderen van de show In het net van de verleden tijd gevallen? Geef mij maar de Fayette Ach, ik wil naar de Music Hall retour Naar de clowns en de acrobaat Dat pompeuze volk van franje en bravoure Geef mij maar de Fayette In plaats van dat gezwijmel van l’amour Naar de rode stallesstoel, de zalige singing fool De Music Hall retour -Ach mensen, dat komt nou uit, uit de grond van mijn hart. Als ik mijn oprechte bewondering mag uitzingen voor al die oprechte artiesten van het klassieke circus en het variété. Ik heb nooit in m’n leven, mensen, heb ik artiesten ontmoet die zoveel, met zoveel liefde voor hun werk, als juist deze groep mensen. En daarom vind ik het zo jammer, dat juist zij in deze tijd van honderdduizend slappe liefdesliedjes, dat nou juist deze groep artiesten op de achtergrond word gedrongen. Ik vind het jammer, mensen. En onder ons gezegd ik ben ook een beetje bang, een beetje bang dat we op den duur, misschien heel onopvallend, het hart van het lieve theater dreigen te verliezen. Want waar op de wereld zie je tegenwoordig nog een mooie clown? Een clown in de geest van Charlie Chaplin, een clown in de geest van Grocq of Buziau. Waar zijn de ongecompliceerde kermisklanten gebleven. Waar zijn de jongleurs? Allee hup. Deze eenvoudige, maar spectaculaire saltimbanques, zij waren de pioniers van onze showbusiness. Ach, mensen laten we ze toch in ere houden, want wat komt er toch voor in de plaats: de songfestivals, de jukeboxes of al die dames en heren met gouden platen, Ah, toe nou! Honderd gouden platen voor de man en de vrouw die na zoveel jaren eindelijk daar boven staan op dat kleine piëdestalletje aan ’t begin van de draad die hen naar de andere kant moet brengen. En het kind dat beneden wacht, elke avond opnieuw, kijkt naar boven, misschien met angst in de ogen, maar met een glimlach op de mond, gericht op het hooggeacht publiek. Dat was theater. Palladium, Palace, Wintergarten, Carré Kom steek de koolspits spotlights nog es aan En geef ons weer de glorie van het grote variété Artiesten die hier waarlijk willen staan Geef mij maar de Fayette Ach, ik wil naar de Music Hall retour Naar de clowns, acrobaten Dat pompeuze volk van franje en bravoure Geef mij maar de Fayette In plaats van dat gezwijmel van l’amour En naar de rode stallesstoel, de zalige singing fool De Music Hall retour Geef mij maar de Fayette Ach, ik wil naar de Music Hall retour Naar de clowns en de acrobaten En dat pompeuze volk van franje en bravoure Geef mij maar de Fayette In plaats van dat gezwijmel van l’amour En naar de rode stallesstoel en de zalige singing fool De Music Hall retour