Tol Hansse
Tol Hansse - Oma lyrics
Your rating:
Oma, die woont in een huisje op het Klinkerdalerplein Met een goudvis en d'r katje zit ze daar bejaard te zijn Met drie brillen op haar steekneus leest ze nog het avondblad Of d'r dooien zijn gevallen, gut o, gut, 't is me wat Dat zijn dan de laatste jaren En 't leven gaat zo snel Oma die heeft grijze haren Maar ze redt 't verder wel Op 't dressoir daar staan de kinderen met hun kinderen daar weer bij Ze zijn best terecht gekomen, alleen Jantje, sta me bij Die moest naar zo'n afkickcentrum, iets met stuffies of zo wat Dat moest naar een opkickcentrum, gut o, gut, 't is me wat Dat zijn dan de laatste jaren En 't leven gaat zo snel Oma die heeft grijze haren Maar ze redt 't verder wel Ook al is ze soms haar bril kwijt, televisie kijkt ze trouw Kippig gluurt ze naar 't aquarium, moppert: "Waar blijft Willem nou?" En ze breit een kabisooltje, Jan van Mien had kou gevat 't Wordt de poetslap van z'n auto, gut o, gut, 't is me wat Dat zijn dan de laatste jaren En 't leven gaat zo snel Oma die heeft grijze haren Maar ze redt 't verder wel En de kind'ren gaan naar oma met hun zorgen, da's gewoon Ze stopt vijfentwintig gulden in de jaszak van d'r zoon "Kijk je uit als je gaat rijden, 'k schrijf 't wel weer op de lat Neem de taart mee voor je kinderen, gut o, gut, 't is me wat Dat zijn dan de laatste jaren En 't leven gaat zo snel Oma die heeft grijze haren Maar ze redt 't verder wel En dan speelt ze op haar orgel, zingt met hoge ijle stem Van "De klok van Arnemuiden" en "Hoera, de paardetram" Maar ze wordt wel eens vergeten, 's zondags samen met haar kat En een hele doos gebakkies, gut o, gut, 't is me wat Dat zijn dan de laatste jaren En 't leven gaat zo snel Oma die heeft grijze haren Maar ze redt 't verder wel