Peter Koelewijn
Peter Koelewijn & De Rockets - veertig rovers lyrics
Your rating:
In raamsdonk woonden man en vrouw Die zweerden elkaar eeuwig trouw Ook een roversbos was daar Daar waren veertig rovers bij elkaar De hoofdman sprak en de rest die zweeg Hij zei: “we roven heel dat huis daar leeg!” De geit werd wakker en de hond sloeg aan Heel het huis ging naar de maan ´t was een herrie en de hel brak los En m´n riep, riep, riep Daar zijn de rovers uit ´t bos, bos, bos!” De rovers kropen vakbekwaam Alras door het wc raam En mina, die daar juist op zat Verdween van schrik door ´t brillengat Ze kon niet zwemmen en dat was dom Helaas zo kwam mina om: De geit werd wakker en de hond sloeg aan Heel het huis ging naar de maan ´t was een herrie en de hel brak los En m´n riep, riep, riep Daar zijn de rovers uit ´t bos, bos, bos!” Maar het recht had nu zijn loop De rovers werden opgeknoopt De hoofdman zei: “ik heb berouw” Te laat, hij hing al aan het touw Dat was het eind van die schavuit En nu is het liedje uit: De geit werd wakker en de hond sloeg aan Heel het huis ging naar de maan ´t was een herrie en de hel brak los En m´n riep, riep, riep Daar zijn de rovers uit ´t bos, bos, bos!” (c) P. Koelewijn