Vol van drank en van zichzelf. Dringen de jongens om je heen. 
Ze walmen slap geouwehoer. 
Toch grijp je al hun aandacht. Hoe dronken ze ook zijn. 
Zo voel je je voor even groot.  

Maar als we samen zijn. Zonder al die idioten. Dan is je lach voor mij.  

Want je lach is voor mij.  

Hoor jij het eerst hun druk gelal. Of iemand die zacht fluistert. 
Het gaat om wie de waarheid zegt. 
Ik ga niet lopen schreeuwen. Of om je aandacht strijden. 
Mijn hart is genoeg. Om je te verleiden. 

Maar als we samen zijn. Zonder al die idioten. Dan is je lach voor mij. 

Want je lach is voor mij.  

Ik snap precies hoe jij je voelt. Maar doe mijn voordeel er niet mee. 
Ik zou je moeten kussen, maar ik ben niet recht door zee. 
Je bent een diva in de polder. Die van zichzelf wel weet. 
Dat mannen voor je vallen. Mannen bij de vleet.  

Maar als we samen zijn. Zonder al die idioten. Dan is je lach voor mij.  

Want je lach is voor mij.





(c) André Liedorp