Ik speel dit lied met een simpel akkoord,
hopend dat je de woorden hoort.

Ik ben niet mooi geboren,
ik heb een dunne hals en grote oren.
Mijn moeder zei: ‘Jij hebt reeds gesukkeld als kind,
met een piepende adem als de herfst begint,
als de herfst begint.’

Zo heb ik verder ook een
heel erg verstopte neus, vaak rood ontstoken.
Mijn moeder zei: ‘Ik vraag me af of jij iemand vindt.’
En zie hier, het is zomer, ik ben onbemind,
ik ben onbemind.

Maar ik kan liedjes zingen waar je zacht bij wiegt,
ik kan klappen met mijn handen in de maat,
ik kan grappen maken als je mij bedriegt,
ik kan lachen als je komt, ik kan lachen als je gaat.

Ik speel dit lied met een simpel akkoord,
hopend dat je de woorden hoort.

Ik heb nooit goed geroken,
ik ben allergisch voor kaneel en tin.
Mijn moeder zei: ‘Jij bent wel mijn lelijkste kind,
maar gelukkig voor jou is de liefde blind,
is de liefde blind.’

Maar ik kan liedjes zingen waar je zacht bij wiegt,
ik kan klappen met mijn handen in de maat,
ik kan grappen maken als je mij bedriegt,
ik kan lachen als je komt, ik kan lachen als je gaat.

Ik speel dit lied met een simpel akkoord,
hopend dat je de woorden hoort.

Maar ik kan liedjes zingen waar je zacht bij wiegt,
ik kan klappen met mijn handen in de maat,
ik kan grappen maken als je mij bedriegt,
ik kan lachen als je komt en ik kan lachen als je gaat.

Lalalalalalalalalalalalalalalalalalala…


Mijn hart is vaak gebroken,
ik moet op eigen vuur mijn potje koken.
Mijn moeder zei: ‘Het is hard, maar de sterkste wint.’
En zie daar, het is zomer, ik ben onbemind,
ik ben onbemind.’

Maar ik kan liedjes zingen waar je zacht bij wiegt,
ik kan klappen met mijn handen in de maat,
ik kan grappen maken als je mij bedriegt,
ik kan lachen als je komt, ik kan lachen als je gaat.

Hamelen...

Maar ik kan liedjes zingen waar je zacht bij wiegt,
ik kan klappen met mijn handen in de maat,
ik kan grappen maken als je mij bedriegt,
ik kan lachen als je komt, ik kan lachen als je gaat.

Hamelen...