Joost Prinsen
Joost Prinsen - Brussel Zuid lyrics
Your rating:
Vlakbij station Brussel-Zuid Zien de huizen er hopeloos uit Zelfs 't geglazuurd keramiek in de muur Werd zwart op den duur Vlakbij station Brussel-Zuid Heeft Sjefke een kroeg die nooit sluit Één die zich nuchter drinkt met een glas bier roept: Sjef, kom eens hier Zing ons dat lied nog een keer Sjefke, hoe was het ook weer? Liefje, ik moet gaan varen Nooit vindt een zeeman zijn rust 'k Heb in je gitzwarte haren En aan je boezem gerust Liefje, de lokroep der baren Wordt door geen hartstocht geblust Ik zal je beelt'nis bewaren Ook aan die andere kust Dageraad is het. Half zes Een doorzakker slaapt bij zijn fles Er is een vrouw die aanhoudend wat praat Die niemand verstaat Arbeiders net uit hun bed Hebben schurend wat stoelen verzet: Voor de langdurige werkweek begint Pakt elk nog een pint Sjef zingt vanachter de tap Zijn lied voor die treurige hap Liefje, ik moet gaan varen Nooit vindt een zeeman zijn rust 'k Heb in je gitzwarte haren En aan je boezem gerust Liefje, de lokroep der baren Wordt door geen hartstocht geblust Ik zal je beelt'nis bewaren Ook aan die andere kust Samen met zijn muzikant trok Sjef met dat lied door het land 't Was in de jaren dat iedereen wist Van Sjef den artist Nu klinkt dat lied in zijn kroeg Nog een enkele keer, 's morgensvroeg Iedereen vaart in gedachten mee uit En vergeet Brussel-Zuid Liefje ik moet weer gaan varen Nooit vindt een zeeman zijn rust Sjefke... ge zingt het nie goed. Niet: ook aan die andere kust, maar: ook als een ander me kust. Ge weet het zelf niet meer, Sjefke.