Jeroen van Merwijk
Jeroen van Merwijk - De clochard lyrics
Your rating:
Wanneer ik een clochard zie, denk ik altijd: goh, wat fijn toch dat ik niet zo ben Dat ik Latijn en Grieks en mijn klassieken ken Met opgeheven hoofd loop ik dan straal langs die clochard En denk: krijg jij de klere maar, krijg jij de vieze, vuile, vette, gore klere maar Tegen mijn vrienden zeg ik: hoe zo’n clochard moet leven Denk eens in hoe koud ie het moet hebben ’s winters, erg hè Maar ondertussen denk ik: fijn Moet je maar niet zo anders dan een ander willen zijn Gezond verstandeloos, familiebandeloos, tandeloos, een-daggie-naar-het-strandeloos Vakantielandeloos, ach zeg maar gewoon van allerhande loos Ik mag ze zo graag liggen opgerold in een portiek Dan voel ik mij de hele dag weer extra energiek Hangt er soms eens eentje met zijn snufferd in de vuilnisbak Dan denk ik altijd: ja, ik denk dat ik eens vanmiddag een lunch in het Okura pak Ze zijn een groot probleem op intermenselijk, sociaal en kerkelijk terrein Maar, goh ,wat fijn, wat fijn, wat fijn, dat ze er zijn Want soms, heel soms, heel soms, heb ik een milde bui, hè Dan stop ik vlak bij de clochard, Pak met een keizerlijk gebaar Een gulden uit mijn beurs En laat die voor het oog van allen Zo in de slaapzak van die arme sloeber vallen Hè, dat heeft iets, ja, hoe moet ik dat nou zeggen Geen woord voor, a ja, dat heeft iets Iets superieurs, ha