Jan de Beer

Jan de Beer - De drie lijken lyrics

Your rating:

Er waren eens drie lijken
die lagen in een lijkenhuis
Ze lagen daar te kijken
Het lijkenhuis dat was hun thuis
Soms zaten ze te kaarten
Of smeerden ze hun brood
Drie lijken in een lijkenhuis,
verveelden zich dood.

De ene was een man
De andere een vrouw
De derde was ook een man
Die weleens wat wou
En weet je beste mensen
Wat er gebeuren ging?
Er ontstond tussen hen,
Een driehoeksvèrhouding.

En negen maanden later
Nou, wat zei 'k je?
De vrouw, ze sloeg een flater
Er kwam een kinderlijkje
't Product van een man en vrouw
Die elkaar hebben bemind
Vier lijken in een lijkenhuis
Drie ouderen en één kind.

Haar echte man zei toen: Kijk, kijk,
ik ben toch echt niet blind,
dat is mijn kinderlijk
't is niet van mij dat kind
Het heeft weliswaar jouw ogen
maar het heeft de mond van Rien
De lijken in dat lijkenhuis
hadden ruzie toen voor tien

Maar op een dag kwam de bewaker
Van dat huis voor lijken
Op een dag kwam die man eens,
eventjes kijken
Want kijken naar lijken
Dat was zijn brood
Maar toen hij die vierde zag,
Toen schrok ie zich dood...

Hij viel op de grond
Met open mond
En kijk...:

VIJF lijken in een lijkenhuis,
Uit-einde-lijk.
Get this song at:
bol.com
amazon.com

Copyrights:

Author: Jan de Beer

Composer: Jan de Beer

Publisher: ?

Details:

Released in: 1970

Language: Dutch

Share your thoughts

This form is protected by reCAPTCHA and the Google Privacy Policy and Terms of Service apply.

0 Comments found