Altijd, altijd, altijd ben ik bereid
Om in de bres te springen
Voor de verschoppelingen
Van deze aarde
De zwakken en bejaarden
Prrt, prrt, jouw, jouw, prrt, prrt

De tobbers en de miezers
De eeuwige verliezers
De uit hun huis verdrevenen
De achteraf geblevenen
De mensen in de dalles
De mensen met een strop
Instinctief kom ik daarvoor op
Ongeacht hun gedrag
Ongeacht hun geslacht
Ongeacht hun levensbeschouwelijk patroon
Zo ben ik nou eenmaal gewoon 

Altijd, altijd dat is beslist een feit
Heb ik partij gekozen
Voor al die hulpelozen 
Van deze aarde
De zwakken en bejaarden
Prrt, prrt, jouw, jouw, prrt, prrt

De minder goed bedeelden
Die niet baden in de weelde
De economisch zwakkeren
Die hun hele leven jakkeren
Ik voel zo met ze mee
Want ik ben net als Multatuli
Instinctief schaar ik me bij hullie
Ongeacht hun gedrag
Ongeacht hun geslacht
Ongeacht hun levensbeschouwelijk patroon
Zo ben ik nou eenmaal gewoon 

Altijd, altijd ben ik geheel bereid
Om voor diegeen te pleiten
Die op een houtje bijten
Op deze aarde
De stumpers en bejaarden
Prrt, prrt, jouw, jouw, prrt, prrt

De weduwen en wezen
Die nog niet kunnen lezen
De zieken en bedaagden
De hulpeloze maagden 
De ploeteraars, de zwoegers
De stakkers aan de kant
Instinctief reik ik ze de hand
Ongeacht hun gedrag
Ongeacht hun geslacht
Ongeacht hun levensbeschouwelijk patroon
Zo ben ik nou eenmaal gewoon 

Altijd, altijd, altijd zijn wij bereid
Om in de bres te springen
Voor de verschoppelingen
Van deze aarde
De zwakken en bejaarden
Prrt, prrt, jouw, jouw, prrt, prrt