Hans Dorrestijn
Hans Dorrestijn - Het anti-bescheidenheidslied lyrics
Your rating:
Er wordt op deze aardse wereld Veel gepocht en opgeschept. Bluffen, stoffen, een gewoonte, 't Mensdom is ermee behept. Maar pochen, bluffen, overdrijven, 't Is gewoon een kwaliteit, Vergeleken bij de ziekte, De ziekte der bescheidenheid. Ik ken een man die is bescheiden. Dat is pas een echte ramp. Als je bij hem in de buurt komt, Raakt ie in een soort van kramp. Hij leest Beauvoir, Céline en Sartre, Die hij uit zijn hoofd citeert. Dan zegt hij: 'Ach dat heb ik vroeger Eens een keer op school geleerd.' Speelt goed gitaar, laat soms wat horen. Als men dan applaudisseert, Wordt hij zo enorm bescheiden Dat je je kapot geneert. Hij spreekt vloeiend negen talen, Wijst Japanners zelfs de weg in het Japans En wie versteld staat, krijgt te horen: 'Ik spreek het maar gebrekkig slechts.' Hij liegt. Laatst hoorde ik hem in het Japans, Nou geen foutje hoor. En met scrabble en met schaken Kan haast niemand hem verslaan. Als hij wint, hij kruipt door 't stof En biedt je zijn excuses aan. Dat hij beter dan een ander Beter weet en beter kan... Soit, goed, bon, brèf, maar zo bescheiden, Daar word ik kotsmis'lijk van. Laat ons dus de Pochhans prijzen, Zwetser, bluffer, grote bek, 't Zijn kwaliteiten, grote deugden, Het zijn deugden lang niet gek. Het zijn deugden lang niet gek Mooi, speel ik dat, hè.