Elke ochtend kwam een taxi om mijn zoontje op te halen,
elke avond bracht een taxi hem tot voor de deur.
Het verbaasde mij nogal dat ik nooit hoefde te betalen.
Mijn zoontje kende bijna iedere chauffeur.

Als een kind in Nederland met een groot nadeel wordt geboren,
komt er na de kwade fee meteen een goede fee,
die er net zo lang op los gaat tot die kwade heeft verloren.
De taxi’s, al die taxi’s werken daaraan mee.

Kleine jongens worden groot en die van mij is nu volwassen
en hij heeft een prima leven en een prima vak,
maar hij zou alleen wat beter op zijn centen moeten passen,
want hij betaalt de taxi’s nu uit eigen zak.

Onze wereld is verdeeld in een soort legpuzzel van landen,
waar men heel verschillend denkt en heel verschillend leeft.
Maar in hoeveel van die landen is er zo’n vervoer voor handen
voor iedereen die extra aandacht nodig heeft?

Elke ochtend kwam een taxi om mijn jongen op te halen,
elke avond was dat jochie weer een vaste klant.
Dus al mopperen we hier in alle mogelijke talen,
soms moet er iemand zeggen: ‘Toch een aardig land!’