Wie kent er niet ons clublied? Op heel de wereldbol.

Wonnen we grote bekers. Maar die kast is nog lang niet vol.

We zetten alles op alles. Tot in blessuretijd.

Het is de steun uit duizenden kelen, die ons naar de overwinning leidt. 



Handen hoog voor Rood en Wit, de club met pit, voor Feyenoord.

Handen hoog, we gaan vooruit, in Rotterdam-Zuid, bij Feyenoord.

Nergens anders vind je zoveel sfeer, gaat het voetbal hard tekeer.

Bij het horen van dat ene toverwoord, Feyenoord, Feyenoord. Feyenoord, Feyenoord.



We kunnen beter druk zetten, raken nog uitgeteld.

Met maar één doel voor ogen, staan die elf daar in het veld.

We doen het niet voor minder, en worden weer kampioen.

Ja, we staan schouder aan schouder, samen met ons eigen legioen.

Handen hoog voor Rood en Wit, de club met pit, voor Feyenoord.

Handen hoog, we gaan vooruit, in Rotterdam-Zuid, bij Feyenoord.

Nergens anders vind je zoveel sfeer, gaat het voetbal hard tekeer.

Bij het horen van dat ene toverwoord, Feyenoord, Feyenoord. Feyenoord, Feyenoord.



Feyenoord, Feyenoord, Feyenoord, Feyenoord, dat is het toverwoord.

Feyenoord, Feyenoord, Feyenoord, Feyenoord, is het toverwoord.

Feyenoord, Feyenoord, Feyenoord, Feyenoord, is het toverwoord.

Feyenoord, Feyenoord, Feyenoord, Feyenoord, is het toverwoord.



Handen hoog voor Rood en Wit, de club met pit, voor Feyenoord.

Handen hoog, we gaan vooruit, in Rotterdam-Zuid, bij Feyenoord.

Nergens anders vind je zoveel sfeer, gaat het voetbal hard tekeer.

Bij het horen van dat ene toverwoord, Feyenoord, Feyenoord. Feyenoord, Feyenoord. Feyenoord, Feyenoord. Feyenoord, Feyenoord. Feyenoord, Feyenoord. Feyenoord, Feyenoord. Feyenoord, Feyenoord.

Feyenoord, Feyenoord...