Een beetje Frans kan hier geen kwaad, ma pois
En letterkunde doet u ook geen schade
Ik spreek hier niet van Molière of Maurois
En evenmin van de beruchte Sade
Maar inviteer u op een escapade 
Naar het feeërieke rijk der prosodie
Met heerlijk uitzicht van de esplanade
OP achtentwintig regels poëzie

Geen dichter duidde het Henri de Croi
In 1493 ten kwade, 
Dat hij geleid door een je ne sais qoui
Gestalte gaf aan het schema der ballade
Zo komt hier veertien maal de rijmklank 'ade'
Vier regels rijmen op het refrein, dus 'i'
En c'est le fois, een statige parade
Van achtentwintig regels poëzie

Dus drie maal acht gevolgd door een envoi
Dat imposant moet zijn als een aubade
En als het goed is slaat men met émoi
Ontroering, weet u wel, dit sluitstuk gade
't Is stijlvol voor bordeel of barricade
Maar uniek voor het oude zangfestijn Depuis
Waar men behalve worst ook wijting braadde
In achtentwintig regels poëzie

O luisteraars, al leek het een boutade
Dit was een goedbedoelde causerie
En komt u naar ik hoop nog eens te stade 
Voor achtentwintig regels poëzie