De eerste dag is mooi
De tweede dag is prachtig
Maar de derde dag die ken ik
En de vierde dag verveelt

Die middag word ik somber
Die avond zelfs neerslachtig
’s Nachts heb ik me overspel
En ziektes ingebeeld

Til me dan het bed uit
Was mijn vette haren
Trek me warme kleren aan
En maak een thermoskan

Zet me in de auto
Sluit me in de gordel
En laat me, laat me rijden
Laat me laat me rijden dan

Doe je eigen dingen
Maak iets van je leven
Nooit heb ik je beterschap
Of wonderen beloofd

Ik zit in de auto
Soms dan tank ik even
Met elke kilometer
Raak je verder uit mijn hoofd

Ik zoef, ik zoef langs steden
Langs bergen en langs meren
En op een goede middag
Zie i niets meer door m’n ruit

Dan laat ik het pedaal los
Aan de kant zal ik parkeren
En dan stap ik, stap ik ergens
Stap ik, stap ik ergens uit

de eerste dag is mooi
Zal ik nog verdwalen
Onder groene vijgenbomen
Langs de oceaan

De tweede dag is prachtig
ik zal heel diep ademhalen
In de zeewind op de pier
Onder de sterren en de maan

Maar de derde dag die ken ik
En de vierde dag verveelt me
Die middag wordt het somber
En die avond wordt het grauw

Ik zal weer aan je denken
Ik zal de auto tanken
En dan rij ik, rij ik terug
Dan rij ik, rij ik terug naar jou