Je kunt op de maan niet op je benen staan
Er is daar geen lucht en water
En heb je een kater, dan val je in,
zo'n diepe krater

Mij niet gezien, ik zou niet willen
Zo'n vijfhonderdduizend kilometer ver
Als ik er aan denk ga ik gillen

Dan loop je met je vrouw te rillen van de kou
Opeens gaat ze tollen en zweven
Dat kun je op de maan beleven
Dan zeg maar dag, en zwaai nog even

Mij niet gezien, ik zou niet willen
Zo'n vijfhonderdduizend kilometer ver
Als ik er aan denk ga ik gillen

Er is daar geen cafe, geen Middellandse zee
Geen water waar je lekker in kunt vissen
Geen boom waar je tegen kunt pissen
En geen bloem, zoals in Lisse

Mij niet gezien, ik zou niet willen
Zo'n vijfhonderdduizend kilometer ver
Als ik er aan denk ga ik gillen

Mij niet gezien, ik zou niet willen