Aart Staartjes
Het Klokhuis & Aart Staartjes - Driehoog achter lyrics
Your rating:
Op mijn plat in de grote stad zat ik, diep in gedachten, te wenen. Ik had een schat van een meid gehad, maar die was al heel snel weer verdwenen. Mijn verdriet was zo erg nog niet, want het ging me al spoedig vervelen. ‘Geen hand vol,’ dacht ik, ‘maar een land vol!’ dacht ik en begon op mijn trekzak te spelen. Ja, ik woonde op driehoog achter, zat er op het balkon met mijn accordeon. En een buurman riep: ‘Kan het wat zachter!’, maar een buurvrouwtje wou dat ik toch weer begon. ‘Aan de Amsterdamse grachten’ en die prachtmelodie ‘Sous les ponts de Paris’, ‘La bande a Bouboule’ en het lied van ‘Padam’ op dat plaatsje in oud Amsterdam. Op mijn trap hoorde ik een stap: ’t was die bloedmooie vrouw van beneden! En al gauw is die mooie vrouw in mijn grijpgrage armen gegleden. Gauw getrouwd en het flink berouwd en daarom uiteraard weer gescheiden. Ach, tijdens een alimentatiegesprek zongen wij voor het laatst met z’n beiden. Ja, ik woonde op driehoog achter, zat er op het balkon met mijn accordeon. En een buurman riep: ‘Kan het wat zachter!’, maar een buurvrouwtje wou dat ik toch weer begon. ‘Aan de Amsterdamse grachten’ en die prachtmelodie ‘Sous les ponts de Paris’, ‘La bande a Bouboule’ en het lied van ‘Padam’ op dat plaatsje in oud Amsterdam.